Secure payment
Update op 04 maart 2025
De stopzetting van de hulplevering naar de Gazastrook kan snel tot verwoestende gevolgen leiden voor kinderen en families.
Sinds de start van de wapenstilstand werkt UNICEF samen met zijn partners om de humanitaire respons verder op te schalen:
- Warme kleding aan 150.000 kinderen
- 245.000 tentzeilen voor 70.000 families
- Medische zorg aan meer dan 25.000 mensen
- Verhoging van de watervoorziening voor bijna 500.000 mensen per dag
- Infrastructuur voor watervoorziening herstellen
- Meer dan 2.600 kinderen die kregen een behandeling tegen ondervoeding
Op 19 januari 2025 werd een staakt-het-vuren aangekondigd tussen de partijen in het conflict in de Gazastrook. Dit nieuws was dringend nodig voor de kinderen en gezinnen in de regio, die al meer dan een jaar lijden onder bombardementen en ontberingen, en ook voor de gijzelaars in Gaza en hun gezinnen. Een staakt-het-vuren stelt UNICEF en andere hulporganisaties in staat om veilig grootschalige hulp te bieden in een situatie waar de humanitaire nood groot is.
In de eerste week na de aankondiging van het staakt-het-vuren werden meer dan 350 vrachtwagens met humanitaire hulp van UNICEF naar de regio gestuurd. Meer dan 2 miljoen mensen in Gaza, waarvan de helft kinderen, kampen met een tekort aan basisvoorzieningen, zoals veilig drinkwater, voedsel, sanitaire voorzieningen en medische zorg. De schade aan de infrastructuur is groot, en veel scholen, ziekenhuizen en huizen zijn verwoest
Het is van essentieel belang dat de partijen het staakt-het-vuren volledig respecteren en dat de hoeveelheden hulp de Gazastrook binnenkomen via alle beschikbare toegangspunten. Ook moeten de veiligheidsomstandigheden dringend worden verbeterd. UNICEF dringt er bij de partijen op aan om een duurzame, politieke oplossing te ontwikkelen die prioriteit geeft aan de rechten en het welzijn van deze kinderen en toekomstige generaties.
Tussen 22 en 26 februari 2025 werd in de Gazastrook een nieuwe, grote poliovaccinatiecampagne gehouden. In totaal hebben nu 602.795 kinderen onder de 10 jaar een tweede dosis gehad.
De laatste cijfers tonen aan dat ongeveer 94% van de doelpopulatie van 591.714 kinderen onder de 10 jaar uiteindelijk de genoemde dosis heeft gekregen. Een groot succes, gezien de extreem moeilijke omstandigheden. Slecht weer bemoeilijkte de verplaatsing van kinderen en vaccinatieteams. Veel gezinnen waren tijdens de vaccinatiecampagne ontheemd, waardoor de bevolking in sommige regio’s verspreid was. Bovendien maakten vernietigde wegen bepaalde gebieden ontoegankelijk. In de onbereikbare gebieden zoals Jabalia, Beit Lahiya en Beit Hanoun zijn naar schatting 7.000 tot 10.000 kinderen nog niet gevaccineerd. Dit vergroot het risico op verspreiding van het virus, zowel binnen Gaza als in de buurlanden.
Het einde van deze tweede cyclus betekent het einde van de vaccinatiecampagne die in september 2024 van start ging. Ter herinnering: de derde fase - die plaatsvond in het noorden van Gaza - moest worden uitgesteld vanwege bombardementen en massale ontheemding. De eerste twee fasen gingen echter door zoals gepland.
De inspanningen worden nu voortgezet om de immuniteit te versterken, onder andere door middel van routinevaccinaties in de operationele gezondheidscentra in het noorden van Gaza.
De cijfers zijn ontstellend. Volgens het Palestijnse ministerie van Gezondheid heeft het conflict nu al 45.000 Palestijnen het leven gekost. Het aantal kinderen dat gedood werd, wordt op minstens 14.500 geschat. Deze aantallen stijgen iedere dag. 31% van de kinderen onder de twee jaar, of 1 op de 3 kinderen, lijdt aan acute ondervoeding in het noorden van Gaza. Dat is een verdubbeling van de 15,6% die in januari 2024 werd vastgesteld.
In 2025 lijkt de situatie niet te verbeteren: in de eerste zeven dagen van het jaar zijn al minstens 74 kinderen gedood. Deze sterfgevallen zijn het gevolg van verschillende tragische gebeurtenissen, waaronder nachtelijke aanvallen in Khan Younès en Al-Mawasi, een gebied dat eerder als “veilig” werd bestempeld in het zuiden van de enclave. “Voor de kinderen in Gaza, die al worstelen met geweld, ontbering en kou, brengt dit nieuwe jaar opnieuw meer dood en lijden,” aldus Catherine Russell, algemeen directeur van UNICEF.
Voor het begin van het conflict leed slechts 0,8% van de kinderen onder de vijf jaar aan acute ondervoeding in Gaza. Volgens gegevens verzameld door UNICEF tussen december 2023 en april 2024, verkeren 9 van de 10 kinderen nu in een staat van ernstige voedselarmoede. Deze aantallen stijgen iedere dag. Daarnaast lijden ongeveer 175.000 kinderen onder de 5 jaar (d.w.z. 9 op de 10 kinderen in deze leeftijdsgroep) aan één of meerdere infectieziekten. Sinds oktober 2023 zijn 1,9 miljoen mensen op de vlucht, waarvan 990 kinderen. 1.750 kinderen raakten vermist.
Ook in Rafah, de zuidelijke enclave met de meeste toegang tot hulp, bleek uit de resultaten van screenings op ondervoeding dat het percentage ondervoede kinderen gestegen is van 5 naar 10%, waarbij ernstige acute ondervoeding (de meest gevaarlijke vorm) verviervoudigde van 1% naar ruim 4%. Het risico op hongersnood neemt toe en steeds meer mensen worden blootgesteld aan dodelijke epidemieën. UNICEF schat dat minstens 17.000 kinderen in de Gazastrook niet begeleid zijn. Dit komt overeen met 1% van de totale ontheemde bevolking. Veilige plekken om naartoe te gaan zijn er niet en de opvang van deze kinderen is niet vanzelfsprekend. Door het gebrek aan voedsel, water of onderdak zijn de uitgebreide families niet in staat om extra kinderen op te vangen.
De Verenigde Naties, internationale hulporganisaties en niet-gouvernementele organisaties zijn er tot nu toe in geslaagd humanitaire hulp te bieden in Gaza. Ondanks buitengewoon moeilijke omstandigheden, blijven de hoeveelheden ver achter bij wat nodig is om een dodelijke combinatie van honger, ondervoeding en armoede te voorkomen. Het conflict heeft essentiële infrastructuur en diensten op het gebied van water, sanitaire voorzieningen en gezondheidszorg beschadigd of vernietigd, en de capaciteit om ernstige ondervoeding en uitbraken van infectieziekten te behandelen beperkt.
In Gaza bevinden talloze kinderen onder de vijf jaar zich momenteel in zeer kwetsbare situaties. UNICEF vreest dat levensbedreigende ondervoeding in de komende weken met bijna 30% zou kunnen toenemen ten opzichte van de omstandigheden vóór de crisis.
Na maanden van luchtaanvallen en het afsluiten van bevoorradingsroutes, kampen kinderen en families in Gaza met een extreem tekort aan voedsel, zuiver water, elektriciteit, medicijnen en medische zorg. De gevolgen zijn enorm:
- 85% van alle schoolgebouwen in de Gazastrook is beschadigd of verwoest;
- 500.000 kinderen kunnen niet naar school en 19.000 leerkrachten zijn niet aan het werk;
- Alle universiteiten in Gaza zijn verwoest;
- 95% van de bevolking in Gaza kampt met ernstige voedseltekorten;
- Minstens 4.000 pasgeboren baby's zijn afgelopen jaar afgesneden van levensreddende zorg;
- 859 aanvallen op gezondheidsvoorzieningen;
- Slechts 17 van de 36 ziekenhuizen in Gaza, die ook worden gebruikt als schuilplaats voor mensen die hun huizen zijn ontvlucht, zijn nog operationeel;
- Er is een ernstig tekort aan brandstof (15.000 liter brandstof per dag) voor het functioneren van essentiële faciliteiten zoals ziekenhuizen, ontziltingsinstallaties en waterpompstations.
UNICEF heeft zijn hulpvoorraden in Gaza onmiddelijk ingezet om kinderen en gezinnen de nodige hulp te bieden. Vrachtwagens met nieuwe hulpgoederen worden maar mondjesmaat toegelaten. Ook een tekort aan brandstof en de extreme onveiligheid (ook voor humanitaire werkers) belemmeren de hulpverlening.
Gaza is een kerkhof geworden voor duizenden kinderen. En toch zijn het niet alleen de bombardementen die levensbedreigend voor hen zijn. De meer dan een miljoen kinderen in Gaza hebben ook een gebrek aan water. De Gazastrook heeft geen beken, rivieren of andere betrouwbare waterbronnen en is daarom uitsluitend afhankelijk van zeewater. Speciale ontziltingsinstallaties, ondersteund door UNICEF, filteren het water. Door een gebrek aan brandstof en electriciteit werkt op dit moment geen van de zes installaties.
Sinds 8 juli blijkt dat de beschikbaarheid en consumptie van water in de Gazastrook varieert van 2 tot 9 liter per inwoner, per dag. Volgens humanitaire normen is de minimale hoeveelheid water die nodig is in een noodsituatie 15 liter, waaronder water om te drinken, te wassen en te koken. Kinderen drinken zout of vervuild water, met nierproblemen, diarree en uitdroging tot gevolg. Tenzij de toegang tot schoon water wordt hersteld, zullen meer mensen, waaronder kinderen, ziek worden of sterven aan uitdroging of door water overgedragen ziekten.
Ongeveer een miljoen mensen zijn hun huizen ontvlucht, waarvan bijna de helft kinderen, en velen schuilen in overvolle opvangplaatsen met zeer beperkte toegang tot water en sanitaire voorzieningen - omstandigheden die vooral gevaarlijk zijn voor jonge kinderen.
Het aanhoudende conflict in de Gazastrook stelt kinderen niet alleen bloot aan fysiek gevaar, maar ook aan onvoorstelbare emotionele en psychologische schade die nog generaties lang voelbaar zal zijn. Voor deze nachtmerrie begon hadden al 800.000 kinderen in Gaza, dat zijn 3 kinderen op 4, nood aan psychosociale hulp.
Nesma, een UNICEF-collega, vertelde over haar vierjarige dochter Talia die ernstige symptomen van stress en angst vertoont. Ze trekt haar haren uit en krabt zichzelf tot bloedens toe. Maar op dit moment heeft ze niet de mogelijkheid om zich te bekommeren om haar mentale gezondheid. “Ik blijf tegen mezelf zeggen: “Nesma, zorg dat ze dit overleven. Eens dit allemaal voorbij is, kan ik op zoek naar mentale steun en medische zorg.”
Nog voor de escalatie van het geweld hadden al veel kinderen in Gaza te kampen met groeiachterstand en bloedarmoede door ondervoeding. De voorbije weken zijn voedsel en zuiver water ontzettend schaars geworden. Hierdoor wordt een golf van acute ondervoeding in de hand gewerkt. De situatie is bijzonder ernstig in de noordelijke Gazastrook, die al wekenlang bijna volledig is afgesneden van hulp.
Zonder meer humanitaire hulp zal de voedingssituatie in de hele Gazastrook waarschijnlijk snel en op grote schaal blijven verslechteren. Nu het merendeel van de gezondheids-, water- en sanitaire voorzieningen ernstig is aangetast, is het van essentieel belang dat de voorzieningen die nog wel functioneren, worden beschermd en versterkt om de verspreiding van ziekten tegen te gaan en te voorkomen dat de ondervoeding verergert.
Medewerkers van UNICEF blijven ter plaatse om te voorzien in de eerste behoeften van kinderen. We leverden al medische benodigdheden en medicijnen aan ziekenhuizen, maar gezien het hoge aantal gewonden, raken ziekenhuisbedden en essentiële (anesthetische) medicijnen, snel op.
Tijdens de humanitaire pauzes kan UNICEF zijn hulp opschalen. Op deze schaarse momenten verdeelt UNICEF essentiële noodvoorraden waaronder energierijke koekjes, therapeutische voeding, waterzuiveringstabletten, medisch materiaal, plastic dekzeilen, hygiënekits en kledingsets. Zonder een echt staakt-het-vuren en een veilige onbelemmerde humanitaire doorgang, kan UNICEF helaas niet ieder kind bereiken met de nodige hulp om deze crisis door te komen.
Wil je graag meer weten over humanitaire crises en de impact ervan op de rechten van kinderen?
Luister dan naar de derde aflevering van onze podcast ‘Time to Talk’.
Niets kan het doden, verminken of ontvoeren van kinderen rechtvaardigen. Het gaat om een ernstige schending van het internationaal humanitair recht. We roepen alle partijen op om kinderen niet als doelwit te gebruiken en alle noodzakelijke maatregelen te nemen om hun bescherming tijdens de vijandelijkheden te garanderen.
De ontvoering van kinderen door een partij betrokken in het conflict is een ernstige schending het internationaal humanitair recht. Het nemen van gijzelaars is onder alle omstandigheden verboden. UNICEF roept op tot de onmiddellijke en veilige vrijlating van alle gijzelaars.
Aanvallen op burgers en civiele infrastructuur, zoals ziekenhuizen, zijn onaanvaardbaar en moeten onmiddellijk stoppen.
UNICEF blijft oproepen de vijandelijkheden onmiddellijk te staken, de bescherming van de kinderen te waarborgen en ervoor te zorgen dat humanitaire hulp veilig en op tijd bij kinderen in nood kan worden gebracht.