De toekomst van kinderen, zowel de huidige als toekomstige generaties, hangt grotendeels af van het vermogen van de nieuwe verkozenen om de ecologische, sociale en economische transitie in goede banen te leiden en kinderen bovenaan de politieke agenda te plaatsen.
Met dit in gedachten, en aan de vooravond van de verkiezingen in juni, bundelen meer dan 50 kinderrechtenorganisaties in België hun krachten om de politieke partijen aan te sporen de bescherming van kinderrechten centraal te stellen in hun campagnes. Het resultaat is het volgende rapport, dat u in dit artikel gratis kunt downloaden: « Partij kiezen voor kinderen in België en doorheen de wereld. Memorandum van kinderrechtenactoren voor de verkiezingen van juni 2024. »
België behoort tot de rijkste landen ter wereld. Toch worden de rechten van vele kinderen bedreigd of zelfs geschonden. Bijna 500.000 kinderen in ons land lopen ernstig en aanhoudend risico op armoede en sociale uitsluiting. Te veel kinderen in België zijn ook het slachtoffer van mentale gezondheidsproblemen en ongelijkheden op het vlak van toegang tot kinderopvang en onderwijs.
Bovendien hebben nieuwe ecologische gevaren, zoals klimaatverandering en luchtvervuiling, een grote invloed op de rechten en gezondheid van vele kinderen. Deze uitdagingen, zowel de huidige als de opkomende, onderstrepen de nood aan een optimale coördinatie tussen de verschillende bestuursniveaus en aan betrouwbare gegevens, ambitieuze investeringen en beleidslijnen ten gunste van kinderen tot 18 jaar op ons terrein.
Kinderen en jongeren die nog minderjarig zijn, hebben geen stemrecht in de Belgische verkiezingen en worden daardoor vaak niet gehoord. Nochtans vertegenwoordigen zij meer dan een vijfde van de Belgische bevolking. Daarom is het van essentieel belang om hen een luisterend oor te bieden.
Het memorandum werpt licht op de visie van politieke partijen rond de uitdagingen waarmee kinderen dagelijks geconfronteerd worden. Het onderzoekt het welzijn van kinderen in België en formuleert aanbevelingen voor de beleidsmakers in ons land.
De thema’s die van cruciaal belang zijn voor kinderen en het buitenlands beleid, omvatten:
- Kinderarmoede
- Bescherming van migranten- en vluchtelingenkinderen
- Gezondheid en geestelijke gezondheid
- Handicap
- Geweld
- Justitie
- Jeugdhulp
- Kinderopvang
- Vrije tijd
- Onderwijs
- Leefmilieu
- Klimaat
- Internationale solidariteit
Een aantal van de thema's uit ons memorandum worden hieronder overgenomen en verder uitgewerkt :
Armoede beïnvloedt elk aspect van het leven van kinderen en leidt tot een ongelijkheid die maar moeilijk te overwinnen is. Bijna driekwart van de kinderen wereldwijd krijgt geen enkele vorm van sociale bescherming, wat hun kans om aan armoede te ontsnappen sterk vermindert. Hoewel België een sociaal vangnet heeft en gratis onderwijs biedt, is deze hulp niet altijd genoeg om armoede in ons land te ontkomen.
In 2022 leefde 13,2% van de Belgen in huishoudens met een inkomen onder de armoedegrens. En sinds 2008 is kinderarmoede alleen maar toegenomen, terwijl ze net zou moeten afnemen. Zo wordt 1 op de 5 kinderen namelijk nog steeds getroffen door armoede en sociale uitsluiting. Uit een studie van de Europese Kindgarantie blijkt dat in België 53% van de kinderen geen toegang heeft tot kinderopvang en dat 3% van de kinderen medische noden heeft waaraan niet is voldaan. Zo heeft ook 28% van de ouders medische zorg voor hun kinderen moeten uitstellen vanwege financiële redenen. Deze zorgwekkende cijfers zijn al lange tijd erg verontrustend en liggen veel hoger dan in andere Europese landen. Het is daarom belangrijk dat politieke leiders de laagste inkomens en uitkeringen verhogen tot boven de Europese armoedegrens.
Het is van cruciaal belang dat kinderarmoede tot een topprioriteit gemaakt wordt op nationaal niveau. Dit vereist een gecoördineerde aanpak van alle overheidsinstanties, evenals het openstellen van kanalen waar kinderen en gezinnen kunnen deelnemen aan het besluitvormingsproces.
Sinds de COVID-19-pandemie wordt de mentale gezondheid van kinderen en jongeren bijzonder bedreigd, wat hun sociale leven en onderwijs ondermijnt. België is geen uitzondering op deze trend: 16,3% van de jongeren tussen de 10 en 19 jaar lijdt aan een gediagnosticeerde psychische aandoening en zelfmoord is nog steeds de meest voorkomende doodsoorzaak bij jongeren tussen de 15 en 29 jaar.
Hoewel de helft van alle psychische aandoeningen zich voordoet vóór de leeftijd van 14 jaar, krijgen de betrokken kinderen, zoals het rapport laat zien, weinig of geen aandacht. Het is daarom een prioriteit om te investeren in de preventie van mentale gezondheidsproblemen door gratis en kwaliteitsvolle zorg te voorzien dicht bij de leefomgeving van kinderen en jongeren.
Mentale gezondheid staat steeds meer in het middelpunt van de belangstelling. Het maakt nu deel uit van het publieke debat en de diverse bevoegdheidsniveaus houden hier rekening mee. Zo zijn er ambitieuze hervormingen gelanceerd om de toegang tot mentale gezondheidszorg te verbeteren.
Het onderwijs in België behoort tot een van de meest ongelijke onderwijssystemen van de OESO-landen (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling). De socio-economische status van leerlingen bepaalt in grote mate hun slaagkansen op school en dus ook hun kansen op sociale emancipatie. Hoewel Vlaanderen het op één na meest ongelijke onderwijssysteem heeft binnen de OESO, doet het Franstalige systeem het nauwelijks beter met een vierde plaats in de rangschikking.
Het zijn vooral kinderen uit sociaal en economisch kwetsbare gezinnen en kinderen met een migratieachtergrond die het hardst worden getroffen. Zij worden geconfronteerd met obstakels die hun toegang tot kwaliteitsonderwijs belemmeren, zoals schoolkosten en discriminatie door andere leerlingen en leerkrachten. Hierdoor behalen ze slechte schoolresultaten, vallen uit op school, worden geschorst of behalen uiteindelijk geen diploma. Het aantal tijdelijke of definitieve schooluitsluitingen in het Vlaamse basisonderwijs en secundair onderwijs is op één jaar tijd bijna verdubbeld.
Gezinnen in kwetsbare situaties komen in aanvaring met het haperende schoolsysteem dat vooral kampt met een tekort aan leerkrachten. Dit tekort, zowel in Vlaanderen als in Wallonië, heeft een rechtstreekse negatieve impact op de schoolprestaties van kinderen en hun ontwikkeling. Tegen het schooljaar 2024-2025 zal het Vlaamse onderwijs 7.000 tot 8.000 extra leerkrachten per jaar nodig hebben. Hoewel er geen vergelijkbare gegevens zijn voor de Franse Gemeenschap, is het tekort aan leerkrachten daar ook een groot probleem. Volgens de laatste cijfers over het onderwijs in België van de Europese Commissie is de vacaturegraad in ons land bijna tweemaal hoger dan in de rest van de eurozone. Van de nieuwe leerkrachten verlaat één op de vijf het beroep in de vijf eerste jaren.
Participatie aan de politiek is cruciaal voor onze democratie. En hoewel volwassenen vaak worden aangemoedigd om deel te nemen aan debatten, vrijwillige acties en betogingen, wordt de participatie van kinderen en jongeren vaak niet ernstig genoeg genomen. Door kinderen de kans te geven om zo jong mogelijk hun kritische geest te ontwikkelen en om democratisch in dialoog te gaan, en echt ruimte voor participatie te creëren, kunnen zij hun steentje bijdragen aan een samenleving die solidair is en achter mensenrechten staat.
In het onderwijs worden kinderen en jongeren vaak niet gehoord, waar beslissingen zonder hun inspraak worden genomen. Zelfs bij zaken die hen direct aangaan, wordt hun mening vaak niet serieus genomen. Uit een studie van het Kinderrechtencommissariaat ging slechts 27% van de 40 ondervraagde rechters in op verzoeken van kinderen om gehoord te worden in echtscheidingszaken. In Europa denkt slechts 7,2% van de jongeren dat ze invloed hebben op maatschappelijke vraagstukken, terwijl 76% zich machteloos voelt.
Nochtans zijn jongeren geïnteresseerd in de wereld die hen omringt en kiezen ze ervoor om te participeren, zoals blijkt uit het succes van de klimaatmarsen. Maar hun stemmen moeten ook worden gehoord. Jongeren onder de 18 jaar vertegenwoordigen ongeveer een vijfde van de bevolking en zijn deskundigen wat hun eigen jeugd betreft. Toch hebben zij geen stemrecht, met uitzondering van 16- en 17-jarigen bij de Europese verkiezingen. Het is belangrijk om te onderzoeken hoe participatie sterker verankerd kan worden in wetgeving met betrekking tot kinderen.
Wil je graag meer weten over bepaalde onderwerpen en hoe ze verband houden met kinderrechten?
Luister dan naar onze podcast 'Time to talk'