Secure payment
Update op 2 december 2025
Na meer dan 900 dagen van gevechten en het ineenstorten van levensondersteunende diensten staan miljoenen mensen aan de rand van overleven, vooral vrouwen en kinderen.
Meer dan 30 miljoen mensen in Soedan hebben dringend humanitaire hulp nodig, waaronder meer dan 9,6 miljoen mensen die op de vlucht zijn en 15 miljoen kinderen.
In delen van het land waar het geweld is afgenomen en humanitaire toegang opnieuw mogelijk is, zoals in Khartoem, Al Jazirah en Sennar, zijn voorzichtige tekenen van herstel zichtbaar. Markten heropenen, gezinnen keren terug naar huis en sommige basisdiensten worden opnieuw opgestart.
De afname van de gevechten, met name in en rond Khartoem, heeft het de afgelopen maanden mogelijk gemaakt dat ongeveer 2,6 miljoen mensen konden terugkeren naar hun woongebieden. Deze terugkeer is een hoopvolle, maar nog broze stap richting stabiliteit. In andere regio’s die nog steeds zwaar getroffen zijn door gevechten of afgesloten blijven van hulp, blijft de humanitaire situatie daarentegen snel verslechteren.
Het aanhoudende conflict, dat inmiddels zijn derde jaar ingaat, heeft een verwoestende impact op essentiële diensten zoals gezondheidszorg en onderwijs. Maar liefst 14 van de 17 miljoen schoolgaande kinderen kunnen niet naar school. Hele gemeenschappen zijn op de vlucht, terwijl gezinnen hun huizen verlaten om te ontkomen aan geweld, mensenrechtenschendingen en ernstige veiligheidsrisico’s.
In sommige delen van Soedan werd vorig jaar al officieel hongersnood vastgesteld, en de situatie blijft uiterst zorgwekkend. Vooral kinderen worden zwaar getroffen. Volgens de laatste analyse van het Integrated Food Security Phase Classification (IPC) kampten in september 2025 ongeveer 21,2 miljoen mensen – oftewel 45% van de bevolking – met acute voedselonzekerheid. Dat is een lichte verbetering ten opzichte van de vorige periode, toen nog 24,6 miljoen mensen honger leden.
Humanitaire organisaties worden nu geconfronteerd met onveiligheid, bureaucratische obstakels en logistieke uitdagingen, waardoor het leveren van levensreddende hulp uiterst moeilijk is. Aanvallen op burgers komen nog steeds veel voor, en vrouwen en meisjes lopen een hoog risico op conflictgerelateerd seksueel geweld.
Meer dan 260.000 burgers, waaronder 130.000 kinderen, leven sinds juni 2024 in Al Fasher, de hoofdstad van Noord-Darfoer, onder belegering van de Rapid Support Forces (RSF). Op 26 oktober waren meer dan 106.000 mensen uit Al Fasher en de omliggende dorpen gevlucht, na wekenlang geen toegang te hebben gehad tot voedsel, water of medische zorg.
Er zijn steeds meer meldingen van moorden, ontvoeringen, gendergerelateerd geweld, verminkingen en gescheiden gezinnen, terwijl humanitaire hulpverleners zijn vastgehouden of vermoord. De meeste mensen die ontheemd zijn geraakt hebben zich gevestigd in Tawila, waar de overvolle kampen een schrijnend tekort aan voorzieningen hebben. Kinderen daar worden blootgesteld aan uitbraken van mazelen, vermoedelijk cholera en dengue, en aan een tekort aan medische zorg, onderdak en drinkbaar water. Tot op heden zijn in verschillende plaatsen 701 gescheiden en 244 onbegeleide kinderen geregistreerd.
Hongersnood vastgesteld
Volgens het Famine Review Committee (FRC) is in zowel Al Fasher (Noord-Darfoer) als Kadugli (Zuid-Kordofan) nu sprake van hongersnood (IPC-fase 5). Beide steden zijn vrijwel volledig afgesloten van humanitaire hulp. Waar de gebieden in 2024 nog op fase 4 stonden, is de situatie nu zo ernstig dat:
- gezinnen onvoldoende voedsel hebben;
- steeds meer kinderen acuut ondervoed raken;
- het aantal sterfgevallen blijft toenemen.
Markten zijn ingestort en de prijzen van basisproducten zijn tot ongekende hoogten gestegen. In Al Fasher lijdt tussen de 38 en 75% van de bevolking aan ernstige ondervoeding, en in Kadugli 29%.
De IPC-analyse die eind oktober 2025 werd vrijgegeven, concludeerde dat Al Fasher zich in een hongersnoodsituatie bevindt en gaf aan dat omliggende dorpen zoals Tawila, Melit en At Tawisha nu ook risico lopen op hongersnood.
Hulpverlening onder extreme omstandigheden
De humanitaire toegang blijft beperkt in verschillende regio's, waaronder Al Fasher, waardoor het leveren van levensreddende hulp wordt belemmerd. Er is dringend behoefte aan onderdak, voedsel, water en medische zorg. Ondanks de gevaarlijke omstandigheden blijven UNICEF en zijn partners levensreddende hulp verlenen:
- Dagelijkse levering van 132.000 liter water;
- Behandeling van 850 kinderen met acute ondervoeding via 14 centra en 10 mobiele teams;
- Psychosociale steun voor meer dan 3.000 kinderen;
- Hereniging van 212 kinderen met hun families;
- Heropening van 33 scholen die bijna 25.000 leerlingen ontvangen;
- Distributie van hygiënekits aan opnieuw ontheemde gezinnen.
- Onmiddellijke stopzetting van de vijandelijkheden en bescherming van burgers, met name kinderen.
- Ongehinderde humanitaire toegang tot alle getroffen bevolkingsgroepen, met inbegrip van een VN-aanwezigheid in het hele land.
- Vereenvoudigde procedures voor de verlening van hulp en de verplaatsing van personeel.
- Dringende en flexibele financiering om levensreddende interventies op te schalen.
- Steun voor duurzame oplossingen voor evolkingsgroepen die op de vlucht zijn.
- Hulp voor de bijna 900.000 vluchtelingen in Soedan die internationale bescherming en diensten nodig hebben.